Mantelzorgwoningen: wat mag en wat niet?

Sinds 1 november is het plaatsen van mantelzorgwoningen in de regel vergunningvrij. Goed nieuws voor mantelzorgers, die daarvoor soms jarenlang bezig waren met het nemen van bureaucratische drempels. Tijd die er vaak juist niet was. De nieuwe regels passen ook beter bij de visie van het huidige kabinet dat ouderen zo lang mogelijk thuis wil laten wonen. Maar wat is nu toegestaan bij de plaatsing van een mantelzorgwoning?
Aanbouw, vrijstaande woning of omgebouwde schuur
Volgens het nieuwe Besluit Omgevingsrecht maakt het niet uit of het bestaande woonhuis wordt voorzien van een aanbouw of dat er in de tuin een vrijstaande mantelzorgwoning wordt geplaatst. Het verbouwen van een bestaande vrijstaande schuur behoort ook tot de mogelijkheden. In alle gevallen mag het bouwwerk maximaal 3 meter hoog zijn, met een nokhoogte van maximaal 5 meter. De woning mag een zolder hebben, maar men mag alleen op de begane grond wonen. Daar moeten de keuken, woonkamer, slaapkamer en badkamer zich ook bevinden. Hoe groot het oppervlak van de mantelzorgruimte mag worden, hangt af van de grootte van het perceel en de eventuele aanwezigheid van andere bouwwerken. De afstand van de mantelzorgwoning tot de openbare ruimte moet ten minste 1 meter zijn.
Ouders in huis of bij de ouders intrekken
Volgens de nieuwe regelgeving maakt het niet uit wie in de mantelzorgwoning gaat wonen; de mantelzorger of de ontvanger van de zorg. Zo kunnen kinderen hun ouder ‘in huis’ nemen, maar ouders kunnen ook hun kind laten intrekken om zorg te verlenen. De mantelzorger hoeft overigens niet per se familie te zijn van de mantelzorgontvanger. Er moet wel sprake zijn van een ‘sociale relatie met zorg die uitstijgt boven wat huisgenoten gebruikelijk voor elkaar doen’. En de afstand tussen mantelzorger en mantelzorgontvanger moet een aanbouw of huisje in de tuin noodzakelijk maken. Wie een buurvrouw mantelzorg gaat verlenen, kan dus geen aanspraak maken op de versoepeling.
Verdere regels
De mantelzorgwoning mag bewoond worden tot de mantelzorg stopt. De woning hoeft daarna niet afgebroken te worden, maar moet wel in oude staat teruggebracht worden of zo aangepast dat het niet meer bewoond kan worden (sanitair en keuken mogen dus niet meer aanwezig zijn). Het bouwwerk kan daarna als opslag, hobbyschuur of kantoor gebruikt worden. De nieuwe regels staan boven de bestemmingsplannen van gemeenten, waardoor landelijke eenduidigheid ontstaat.
Bron: Kenniscentrum Wonen-Zorg